De boodschap van vrede

Romeinen 10

14 Hoe zullen zij dan Hem aanroepen in Wie zij niet geloven? En hoe zullen zij in Hem geloven van Wie zij niet gehoord hebben? En hoe zullen zij horen zonder iemand die predikt? 15 En hoe zullen zij prediken, als zij niet gezonden worden? Zoals geschreven staat: Hoe lieflijk zijn de voeten van hen die vrede verkondigen, van hen die het goede verkondigen! (Romeinen 10:14-15)

Een tekst die ons op de noodzaak moet wijzen om het evangelie overal te brengen. Het is niet dat de wereld smacht naar het evangelie, maar ze hebben het wel nodig. Wij laten ons vaak wegzetten door onze onzekerheid. De wereld die een hele sterke mening heeft over ons christenen die maar niet ruimdenkend kunnen zijn, maar zo moeten wij onszelf niet in de hoek laten drukken.

Ze hebben het woord van God nodig, zonder dat woord zullen ze niet geloven. Ze moeten het horen, ze moeten aan het denken gebracht worden, niet omdat ze domme mensen zijn, maar omdat ze gevangen zitten in de leugen. Zolang ze dat niet weten, zullen ze nooit naar het evangelie verlangen.

Vers 15 laat onze kant van het verhaal zien. Mensen die zich gezonden weten. Mensen die weten dat de wereld het Woord van God nodig heeft. Jammer genoeg wordt deze taak gezien als een last, een moeilijke taak waarvoor we wel echt een roeping moeten hebben.

37 Toen zei Hij tegen Zijn discipelen: De oogst is wel groot, maar er zijn weinig arbeiders. 38 Bid daarom tot de Heere van de oogst dat Hij arbeiders in Zijn oogst uitzendt. (Matheus 9:37-38)

Misschien moeten we het eens van de andere kant gaan bekijken, misschien moeten we gaan inzien dat deze taak het ultieme werk is. Vers 15 zegt namelijk ook: ‘hoe lieflijk zijn de voeten.’ En waarom? Omdat ze de dragers zijn van de boodschap van Vrede. Het evangelie dat we mogen verkondigen is de boodschap van vrede die wij als mensen weer met God kunnen hebben. Hoe lieflijk zijn de voeten die deze boodschap mogen dragen.

Dan wordt het opeens een heel ander verhaal, dan is er geen schaamte meer, dan zien we hoe bevoorrecht we zijn als we anderen mogen vertellen van de vrede van God. Een goede vertegenwoordiger gelooft in het product. Voor ons geldt precies hetzelfde, wij moeten geloven in deze boodschap van vrede en dan zullen het willen uitdragen, dan zullen we er naar verlangen om gezonden te worden in de oogst van deze wereld.

Want wie van ons willen gezonden worden om deze boodschap uit te dragen? Wie van ons bidden tot God voor werkers die deze boodschap uit dragen? Geloven wij wel in het Woord van God, dat het de boodschap van vrede is?

This entry was posted in 40 Matheus, 45 Romeinen. Bookmark the permalink.