1 Want deze Melchisedek, koning van Salem en priester van de allerhoogste God, ging Abraham tegemoet toen deze terugkeerde van zijn overwinning op de koningen, en zegende hem, 2 waarna Abraham hem een tiende van alle buit gaf. (Hebreeen 7:1-2a)
Voorheen zou ik dit gedeelte lezen en niet begrijpen wat dit voor ons zou kunnen betekenen. Het is zo theologisch, zo analytisch dat ik het niet kan plaatsen in een levend geloof. Waarom zou de schrijver Jezus proberen te vergelijken met Melchizedek, een man waar we zo weinig over weten.
Maar nu ik meer begrijp van het hele bijbelboek zie ik dat de schrijver met zijn analyses wil laten zien in welke positie Jezus nu is. Melchizedek was een koning en tegelijk ook priester. Hij was meer dan Abraham, Abraham gaf tienden aan hem. Melchizedek was meer dan alleen maar een vreemde in de bijbel, hij was iemand wat niemand anders is geweest maar de verlosser wel moest worden.
In Israel waren er twee bedieningen, koning en priester. Deze bedieningen waren gescheiden. De koning was de leider van het land en was daarin afhankelijk van God en dus ook van de priester. De priester had geen leiding over het land maar stond tussen het volk en God in.
Deze twee bedieningen komen samen in Melchizedek en een klein beetje in David. Het is een geestelijk koningschap, een leiding waarin God wordt geraadpleegd.
3 Hij heeft geen vader of moeder, geen stamboom, geen oorsprong of levenseinde en lijkt op de Zoon van God – hij is priester voor altijd. (Hebreeen 7:3)
Melchizedek was priester voor altijd, hij kon altijd God raadplegen, hij had geen begin noch einde en daarin lijkt Hij op de Zoon van God. Melchizedek was een koning niet om de macht maar om het volk te dienen, een koning van gerechtigheid en vrede. Hij was een koning die er was om het volk te leiden naar de troon van God.
Dat is wat een koninklijke priester doet, hij dient zijn volk om ze voor God te leiden. En dat is Jezus, in Hem smelt het koningschap en het priesterschap samen zodat we geleid worden voor de troon van God. In het koninkrijk van Jezus mogen we veilig zijn en in vrede leven voor God. En als we dat weten, als we dit begrijpen dan, beginnen we zelf ook te leven als koninklijke priesters.