6 De gerechtigheid echter die uit het geloof is, spreekt aldus: Zeg niet in uw hart: Wie zal naar de hemel opklimmen? Dat is Christus naar beneden brengen. 7 Of: Wie zal in de afgrond neerdalen? Dat is Christus uit de doden naar boven brengen. 8 Maar wat zegt zij? Dicht bij u is het Woord, in uw mond en in uw hart. Dit is het Woord van het geloof, dat wij prediken: 9 Als u met uw mond de Heere Jezus belijdt en met uw hart gelooft dat God Hem uit de doden heeft opgewekt, zult u zalig worden. (Romeinen 10:6-9)
De boodschap is niet zo duidelijk in deze verzen als we de context niet begrijpen. Paulus haalt namelijk nog meer woorden aan van Mozes. Deze woorden zijn gek genoeg woorden die wij niet snel in de mond zullen nemen. Wij die vaak spreken over hoe moeilijk de wet is en dat het onmogelijk is om ons er aan te houden.
11 Want dit gebod, dat ik u heden gebied, is niet te moeilijk voor u en het is niet ver weg. 12 Het is niet in de hemel, zodat u zou kunnen zeggen: Wie zal voor ons naar de hemel opstijgen om het voor ons te halen en ons te laten horen, zodat wij het kunnen doen? 13 Het is ook niet aan de overzijde van de zee, zodat u zou kunnen zeggen: Wie zal voor ons oversteken naar de overzijde van de zee om het voor ons te halen en het ons te laten horen, zodat wij het kunnen doen? 14 Want dit woord is heel dicht bij u, in uw mond en in uw hart, om het te doen. (Deuterenomium 30:11-14)
En met dit tekstgedeelte erbij wordt de boodschap van Paulus veel duidelijker. Mozes wil het volk duidelijk maken dat God geen ingewikkelde religie wil maken. Er hoeven geen ingewikkelde fratsen te worden uitgehaald om de regels voor het leven met God er bij te hebben of te begrijpen. Ze zijn voor iedereen beschikbaar, het is een open boek. Het woord is daarom dicht bij ons, in onze mond en in ons hart.
De komst van Christus is dus ook niet om het ingewikkeld te maken. Het werk van Jezus hoeven we niet met speciale daden van rechtvaardigheid te ontvangen. Want dat is het werk van Jezus eigenlijk ongedaan maken. Jezus heeft het zware werk gedaan en als wij daar meer moeite voor willen doen, willen we eigenlijk Jezus in eigen kracht naar beneden halen of Hem in eigen kracht uit de dood laten opstaan.
Nutteloos en zeker niet hoe God het bedoeld heeft. Het is makkelijk en niet ver bij ons vandaan. Het is het woord van God dat in ons hart leeft. Het is geloof in de woorden en werken van God dat ons dan zalig maakt.
Het is niet ingewikkeld, het is een leven met God waardoor wij kunnen wandelen, elke dag weer. God heeft het werk gedaan, God heeft Zijn verlangen geopenbaard in de wet en in de komst en het werk van Jezus. En alles wat wij hoeven te doen is er op vertrouwen dat dit werkelijk Gods werk voor ons is.