15 Maar toen ík strompelde, waren zij verblijd en verzamelden zich;
zij verzamelden zich om mij heen.
Zij waren kreupel en ik merkte het niet,
zij scheurden hun kleren en zwegen niet.
16 In hun eigen kring van huichelachtige spotters
knarsetandden zij over mij.
17 Heere, hoelang zult U toekijken?
Verlos mijn ziel van hun verwoestende daden,
mijn eenzame ziel van de jonge leeuwen. (Psalm 35:15-17)
We zien dit aan het kruis gebeuren, Jezus die daar hangt en de omstanders die Hem zo, precies zoals hier beschreven wordt, bejegenen. Het is onrecht ten top, Jezus die daar aan het kruis hing als straf voor al het goede dat Hij had gedaan. Zijn liefde, Zijn compassie voor de mensen die in nood waren en daarom hing Hij daar.
En dan nog beantwoordde Jezus dat met liefde, Hij bad voor vergiffenis voor de omstanders die Hem voor gek uitmaakte. En dat is natuurlijke echte liefde, dat is Gods liefde geopenbaard. En natuurlijk mogen wij precies hetzelfde doen als Jezus deed, wij mogen ook blijven liefhebben als de wereld zich tegen ons keert. Maar er is een onderdeel in dit vers dat wij niet uit het oog moeten verliezen.
Want het onrecht in de wereld blijft slecht. En we mogen het vergeven, we mogen over ons heen laten lopen, maar wat we niet moeten doen is het accepteren alsof het normaal is. Want het gebed van vers 17 is nog steeds ons gebed, het is het gebed dat verlangt naar de terugkomst van Jezus.
Als we eerlijk zijn leeft dat gebed niet meer in ons leven. We bidden nauwelijks voor de terugkomst van Jezus en dat komt omdat we het onrecht hebben geaccepteerd. Maar David ziet een onrecht en verlangt er naar dat God daar op antwoordt. En zo moeten wij ook bidden, verlangend naar Jezus die terugkomt om alles op orde te brengen.
Want onrecht blijft slecht, hoeveel liefde we er ook tegenaan gooien. En onrecht heeft zijn consequenties en daar mogen wij echt wel naar verlangen. Niet uit haat voor die mensen, maar omdat we Gods rechtvaardigheid willen zien. Zijn rechtvaardigheid, Zijn liefde geopenbaard. En daar mogen wij voor bidden, Jezus die komt met een ijzeren staf, Jezus die komt om het recht weer recht te maken.