1 Een psalm, een lied voor de inwijding van Davids huis. (Psalm 30:1)
Dit zien we in Nederland niet zo snel gebeuren. We hebben een nieuw huis en we nodigen de gemeente uit om ons huis in te wijden. De dominee staat voor de deur en de rest van de gemeente er achter en er wordt een zegen gebeden over het nieuwe huis. De straat zou raar staan te kijken, wat zijn die mensen nu aan het doen? Hier in India is het meer normaal om zoiets te doen en dat heeft te maken met dit soort verzen.
Want ook David heeft zijn huis ingewijd, hij heeft het aan God gegeven. Want dat is wat inwijden betekend, alles wat er daar moet gebeuren, moet tot eer van God zijn. En misschien is dat het probleem dat wij hebben, wij willen ons huis niet inwijden, wij willen zelf bepalen wat er gebeurt. Het is ons huis, het is onze plek waar wij mogen doen wat we willen doen. En die keuze hebben wij.
De gedachte achter deze inwijding is er een die er naar verlangt om ons huis een plek te maken waar God centraal staat. Niet alleen op zondag als we naar de kerk gaan, maar dag in dag uit, ook als we thuis zijn. En dat moet ons verlangen worden en dit verlangen komt uit een leven waarin God werkelijk het middelpunt is van ons leven.
De inwijdingen die we hier soms in India zien, hebben ook niet veel meer te maken met de echte reden. Het is meer een show geworden waarin men hun laat zien aan de rest van de gemeente. Waarschijnlijk hebben we dat in Nederland ook, dat we mensen uitnodigen voor een feestje voor ons een nieuwe huis. Maar dit is anders, dit is alles opgeven, juist ons thuis dat God in alles centraal staat.
Laat dit jouw verlangen zijn, laat God centraal staan, ook in jouw huis. Niet door een budha beeld of iets dergelijks, maar door in jouw hart alles aan God te geven.