26 Tegenover de goedertierene toont U Zich goedertieren,
tegenover de oprechte man oprecht.
27 Tegenover de reine toont U Zich rein,
maar tegenover de slinkse toont U Zich een Strijder.
28 Want Ú verlost het ellendige volk,
maar de hoogmoedige ogen vernedert U. (Psalm 18:26-28)
Volgens vele mensen zou God, als Hij zou bestaan, een hele slechte God zijn. Volgens hen maakt deze God allemaal verkeerde beslissingen, kijk maar naar al het onrecht in de wereld. De babies die zonder enig verweer dood gaan, mensen die hun huis kwijt raken door natuurgeweld en ga zo maar door. We rekenen het allemaal God aan, als wij God zouden zijn dan zouden we het heel ander aanpakken.
David ziet dat anders, Hij ziet dat God wel degelijk rechtvaardig is in Zijn oordeel. Maar David, natuurlijk is dat zo, Hij heeft jou geholpen, maar hoe zit het dan met al die andere mensen waarbij God niet helpt? Hebben zij dan wat verkeerds gedaan, of waren zij toevallig niet de koning van Israel?
Nu moeten we een stap terug zetten, als we kijken naar het leven van David zien we daar heel duidelijk dat hij ook gestraft wordt. David heeft beide kanten van het verhaal gezien, hij dient niet een God die partijdig, hij weet dat Hij een God dient die rechtvaardig is. God staat niet aan jouw kant, dat is een hele foute gedachte. God kiest niet voor jou omdat jij ergens een moedervlek hebt zitten.
God ziet jouw hart, zoals Hij dat van David zag. God ziet het als wij verlangen naar rechtvaardigheid. En Hij zal dat belonen, Hij zal ons helpen om de zonden te overwinnen. Hij is voor ons, niet op een partijdige manier, Hij voor ons zodat wij het goede zullen doen. En dat is de fout die vele van ons maken, wij denken dat God sowieso voor ons is, maakt niet uit wat we doen.
God is voor ons in de juiste verlangens, Hij zal de verkeerde verlangens niet voeden, Hij zal de verkeerde verlangens in ons niet steunen. Hij is voor ons om rechtvaardig te wandelen. En daarom is God nog steeds dezelfde God die in dit vers wordt beschreven. En daar moeten wij naar handelen, wij moeten verlangen naar de rechtva