1 Een gebed van David.
HEERE, luister naar mijn rechtvaardige zaak,
sla acht op mijn roepen,
neem mijn gebed ter ore,
met onbedrieglijke lippen gesproken. (Psalm 17:1)
Bij mensen lukt het soms om met een gladde praat iets gedaan te krijgen. Ze weten namelijk niet onze motivatie. Soms weet men wel onze motivatie maar door de druk die we uitoefenen lukt het soms toch om mensen zover te krijgen dingen te doen die men eigenlijk niet wil doen.
Bij God werkt dat nooit, Hij weet precies wat er in ons hart omgaat en zal Zich nooit en te nimmer laten manipuleren. We kunnen God niet iets laten doen dat we met een valse motivatie van Hem vragen. En dat is ook niet wat David hier probeert te doen in deze psalm. Hij probeert God er echt niet van te overtuigen dat hij niets verkeerds doet.
En daarom is de aanhef van deze psalm helemaal geen slechte aanhef. Hij probeert zichzelf niet rechtvaardiger op te stellen tegenover God dan dat hij werkelijk is. Hij weet dat God alles weet. En wanneer hij God dan vertelt dat zijn gebed oprecht is zonder enige dubbele motief dan denkt hij er echt niet aan om God een rad voor de ogen te draaien. Hij heeft geen andere keuze, hij richt zich tot de Heere omdat God alleen zijn hoop is.
En dat moet ook onze motivatie zijn, we komen niet voor God omdat we iets gedaan willen krijgen, we komen voor God omdat Hij onze enige hoop is. Stop met al die gebeden die zo doordacht zijn dat ze eigenlijk voor de mensen om ons heen zijn. Stop met de gebeden waarin we God alleen maar ideeën geven om over na te denken. God weet alles al, God weet al wat we nodig hebben, het enige wat Hij wil weten is of wij het werkelijk van Hem verlangen.
En dat is waar David mee bezig is, hij laat weet dat God zijn enige hoop is, dat Hij niet komt met leuke ideeën. Ik heb U alleen nodig, U alleen bent mijn verlangen, er is niets anders dan dat alleen. Help mij God, help mij.