Herders

1 Petrus 5

1 De ouderlingen onder u roep ik ertoe op, als medeouderling en getuige van het lijden van Christus en deelgenoot van de heerlijkheid die geopenbaard zal worden: 2 Hoed de kudde van God die bij u is en houd daar toezicht op, niet gedwongen, maar vrijwillig; niet uit winstbejag, maar bereidwillig; 3 ook niet als mensen die heerschappij voeren over het erfdeel van de Heere, maar als mensen die voorbeelden voor de kudde geworden zijn. 4 En als de Opperherder verschijnt, zult u de onverwelkbare krans van de heerlijkheid verkrijgen. (1 Petrus 5:1-4)

Petrus is een van de apostelen, de apostelen waarvan de meeste christenen zeggen dat er geen gelijken meer van zullen komen. Petrus degene die was geroepen door Jezus om Hem te volgen. Petrus die radicaal was en werd gezien als de leider van de eerste gemeente in Jeruzalem. Petrus die Jezus had verloochend maar daarna wel de opdracht kreeg om de schapen te hoeden.

Het is deze Petrus die hier schrijft tot de ouderlingen van de gemeenten. Hij laat hen weten dat ze zijn gelijken zijn, dat ze medeouderlingen zijn. Petrus schrijft hier niet als een paus die alle andere bisschoppen aanstuurt, hij schrijft als iemand die met hen in dezelfde positie zit.

En in die positie roept hij hen op om met dezelfde motivatie leiding te geven. En dat is hoe het hoort, in de kerk van Jezus Christus moeten we niet denken in meer of minder belangrijk. We hebben allemaal hetzelfde doel en dat is de wil van de Vader doen. En daar wil Petrus deze ouderlingen op wijzen, ze moeten hem niet zien als een grote baas die hen even vertelt wat ze moeten doen. Samen zijn ze Jezus aan het volgen.

En zo moeten we onze verantwoordelijkheid nemen in de gemeente. Niet als iemand die als manager boven aan de hiërarchie staat, maar als iemand die vol passie Jezus volgt. Iemand die het niet doet voor het geld, maar juist als een offer zijn leven geeft voor de schapen. En we het zeker niet moeten doen om een status te hebben in de gemeente waardoor we ons belangrijk voelen.

Petrus is het voorbeeld en laten we hem daarin volgen. Zijn passie was om de schapen te leiden naar de troon van God, zijn roeping was om de schapen te voeden met het evangelie dat hun leven veranderd. En als wij daarin ook vol passie de gemeente dienen zal de opperherder komen en Hij zal erkennen dat wij werkelijk Hem aan het dienen zijn.

This entry was posted in 60 1 Petrus. Bookmark the permalink.