23 En zij begonnen zich onder elkaar af te vragen wie van hen het toch zou zijn die dat zou doen. 24 Er ontstond ook onenigheid onder hen over wie van hen geacht werd de belangrijkste te zijn. 25 En Hij zei tegen hen: De koningen van de volken heersen over hen, en wie macht over hen hebben, worden weldoeners genoemd. 26 Bij u echter moet dat zo niet zijn, maar de belangrijkste onder u moet als de jongste worden en wie leiding geeft als iemand die dient. 27 Want wie is belangrijker: hij die aanligt of hij die bedient? Is het niet hij die aanligt? Ik echter ben in uw midden als Iemand Die dient. (Lukas 22:24-27)
De uitspraak van Jezus over een discipel die Hem gaat verraden brengt de discipelen in verwarring. Eerst vragen ze zichzelf af wie het nu kan zijn die zoiets gaat doen. Maar als ze zichzelf er van overtuigd hebben dat zij het toch niet zijn, begint er wat te broeden van binnen. Zoiets zouden zij toch nooit doen, zij zijn juist heel erg toegewijd aan Jezus. Zij behoren tot de harde kern van de volgelingen van Jezus, zij moeten wel belangrijk zijn.
Zo gauw er een christelijke cultuur ontstaat is er vaak ook de neiging om de wereldse manier van denken toe te voegen. De vragen wie er belangrijk is worden dan ook onze vragen. En in de wereld is het werkelijk zo dat degene aan de top het belangrijkste is, ook Jezus erkent dat. Maar in het Koninkrijk van God werkt dat niet zo.
En Jezus is daar het ultieme voorbeeld van, Hij heeft laten zien dat het Hem er niet om draait dat Hij vereerd wordt of wordt aangezien als iets belangrijks. Hij was als een dienstknecht, Hij was degene die hun voeten aan het wassen was.
Maar elke keer lijken de discipelen weer in die valkuil te vallen, elke keer gaan ze toch weer nadenken over wie er belangrijk is. En terwijl zij drie jaar lang intensief met Jezus aan het wandelen waren, maakten ze toch elke keer weer deze fout, zullen wij deze fout dan niet maken. Wij moeten juist nog meer uitkijken dat wij deze fout niet maken.
Laten wij onze kerkcultuur niet vertroebelen met deze gedachte, laten wij niet elke keer vallen voor een status. Hij is onze kracht, Hij is onze voorbeeld en wij mogen Hem volgen. In de gemeente hoort er geen plek te zijn waarin iemand meer aanzien heeft. De voorganger of de diakenen zijn niet belangrijker dan andere gemeenteleden. Dat is het Koninkrijk van God waarin wij horen te leven. Dat moet onze motivatie zijn in alles wat we doen.
Jezus is ons voorbeeld en hoe meer wij toegewijd zijn aan Hem hoe meer wij moeten dienen.