De test van het werkelijke gebed

Lukas 10

1 En het gebeurde, toen Hij ergens aan het bidden was, dat een van Zijn discipelen tegen Hem zei, toen Hij ophield: Heere, leer ons bidden, zoals ook Johannes zijn discipelen geleerd heeft. 2 Hij zei tegen hen: Wanneer u bidt, zeg dan: Onze Vader, Die in de hemelen zijt. Uw Naam worde geheiligd. Uw Koninkrijk kome. Uw wil geschiede, zoals in de hemel, zo ook op de aarde. 3 Geef ons elke dag ons dagelijks brood. 4 En vergeef ons onze zonden, want ook wij vergeven aan iedereen die ons iets schuldig is. En leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van de boze. (Lukas 11:1-4)

Als je bidt zeg dan zoiets als dit…

De discipelen vragen aan Jezus om hen te leren bidden. En Jezus vertelt hen dan dat ze iets moeten zeggen. Zou Jezus daarmee hebben bedoeld dat ze een hoop woorden de hemel in schieten, maar ze eigenlijk helemaal niet weten wat ze zeggen? Of wil Jezus daarmee zeggen dat ze zich richten op de Vader en met Hem praten.

Een vergadering in de Tweede Kamer schijnt altijd gericht te zijn op de voorzitter. De sprekers beginnen daarom met de zin: ‘geachte voorzitter.’ Maar in werkelijkheid hebben ze het helemaal niet tegen de voorzitter maar hebben ze het tegen alle andere mensen die betrokken zijn bij het debat. Is dat ook niet de manier waarop wij bidden?

Bij de gebeden in samenkomsten of thuis aan de tafel, zijn we daarin werkelijk op God gericht of zijn we bezig met een hoop woorden waarvan we nauwelijks weten wat we zeggen. Of zijn we er zelfs op gericht een zo mooi mogelijk gebed uit te spreken. We zeggen wel ‘Onze Vader’, maar klinkt het niet alsof we zeggen: ‘geachte voorzitter’?

Gebed is spreken, het uitspreken van het verlangen in ons hart. Gebed is spreken en in dat spreken werkelijk op de Vader gericht zijn. In gebed zijn we bezig om God te vertellen wat ons verlangen is in onze relatie met Hem. In gebed zijn we bezig om onze afhankelijk van de Vader te tonen. En daar past geen perfect gearticuleerd gebed bij, daar past alleen een hart bij dat gericht is op de Vader.

Hoe weten we nu dat ons gebed werkelijk op de Vader is gericht? Er is een simpele test om daar zeker van te kunnen zijn. De test die Jezus ons gegeven heeft is om even alleen te zijn, zonder andere mensen om ons heen. Even niet bidden voor de maaltijd of voor het slapen gaan, maar even alleen in een kamer ons richten op de Vader. Kunnen wij dat? Want dan vallen alle andere afleidingen weg en moeten we werkelijk op God gericht zijn.

Dan leren we werkelijk bidden zoals Jezus bad.

 

This entry was posted in 42 Lukas. Bookmark the permalink.