28 En Thomas antwoordde en zei tegen Hem: Mijn Heere en mijn God! 29 Jezus zei tegen hem: Omdat u Mij gezien hebt, Thomas, hebt u geloofd; zalig zijn zij die niet gezien zullen hebben en toch zullen geloven. (Johannes 20:28-29)
In hoeverre vertrouwen wij op Jezus? Dat is de boodschap die Jezus hier geeft. De discipelen hadden het al kunnen weten voordat Jezus naar het kruis ging, maar ze hadden meer nodig om te vertrouwen in de woorden van Jezus. Zij hadden andere plannen met Jezus.
En Thomas wilde zelfs niet geloven totdat hij zijn handen op de wonden had gelegd. Jezus had 2 a 3 jaar met hen samen gewandeld hier op aarde. Hij had hen alles verteld wat ze moesten weten, maar ze hadden het niet begrepen.
1 Het geloof nu is een vaste grond van de dingen die men hoopt, en een bewijs van de zaken die men niet ziet. (Hebreeen 11:1)
Het vertrouwen in Jezus gaat verder dan het oog. Wij hebben de opgestane Jezus niet gezien en toch vertrouwen wij ons leven toe aan deze Jezus. Wij zijn er van overtuigd dat Jezus voor ons is gestorven en opgestaan.
Maar mijn vraag is, is er niet veel meer te geloven in Jezus? Zijn de beloften van Jezus puur en alleen gericht op onze zonden en onze bevrijding van de hel? Zijn er niet nog meer beloften waar wij op mogen vertrouwen dan ons oog kan zien? Soms vraag ik of wij niet meer nodig hebben dan Thomas om te kunnen vertrouwen in Jezus.
Vaak kijken wij met ongeloof naar getuigenissen van mensen die zijn aangeraakt door God. Eerst zien en dan geloven. Onze achterdocht is groot tegenover charismatische gebeurtenissen en zo gauw er iets fout gaat wijzen we het naar het land der fabeltjes. Wil God nog wel handelen vandaag de dag? Eerst zien en dan geloven.
God heeft grote beloften gegeven over wat Hij wil doen in ons leven. Laten we daar nu in geloven, ook al hebben we het nog niet gezien. Laten we er op vertrouwen dat God trouw is aan Zijn beloften en het in ons leven wil doen. Is geloven en dan zien.