14 Ik ben de goede Herder en Ik ken de Mijnen en word door de Mijnen gekend, 15 zoals de Vader Mij kent en Ik de Vader ken; en Ik geef Mijn leven voor de schapen. 16 Ik heb nog andere schapen, die niet van deze schaapskooi zijn; ook die moet Ik binnenbrengen, en zij zullen Mijn stem horen en het zal worden één kudde en één Herder. (Johannes 10:14-16)
Als we het begin van hoofdstuk 10 een beetje op een rijtje zetten dan beginnen we te begrijpen dat Jezus het gesprek met de joodse leiders veranderd in een preek waarin er geen ruimte is voor discussie. Jezus openbaart heel duidelijk de positie die Hij heeft en die overstijgt de leiderschap van de geestelijke leiders. Jezus is geen gewone leider die met eigen motieven bezig is.
Het contrast tussen de religieuze leiders en Jezus wordt heel duidelijk. Zij zijn de dieven die over de muur klimmen om macht te hebben. Zij zijn er niet voor de schapen, zij zijn er voor henzelf. Maar Jezus is er voor de schapen die bij God horen. Schapen die hebben leren luisteren naar Zijn stem, schapen die er naar verlangen om God te dienen.
Jezus wil een kudde te vormen uit de schapen die bij Hem horen. Daarbij is Hij begonnen bij het volk dat God als eerste door Abraham had gekozen. Het evangelie richt Hij tot de joden zodat zij als eersten zich weer helemaal op de God van Abraham kunnen richten. Maar hier laat Jezus de religieuze leiders iets nieuws weten, namelijk dat God het plan heeft om ook de mensen die niet bij het volk van Abraham horen naar Zich toe te trekken.
En met deze uitspraak wordt het contrast tussen de religieuze leiders en Jezus nog groter. Jezus profileert Zich als de man die door God gezonden is om een kudde te vormen uit mensen over de hele wereld. In heel de wereld zijn er mensen die bij de Vader mogen komen door Jezus. En Jezus zet Zich daarvoor in.
De joodse leiders hebben het nakijken, want dit is een hele andere orde van denken. Maar Jezus is nu ver boven hun niveau en dat is precies waar Hij moet zijn. Het gaat Hem er niet om Hemzelf een positie te verkrijgen in de plaatselijke politieke, Hij wil een kudde van mensen die naar Zijn stem luisteren en de Vader met Hem willen dienen. Luisteren wij naar Hem?