14 En het Woord is vlees geworden en heeft onder ons gewoond (en wij hebben Zijn heerlijkheid gezien, een heerlijkheid als van de Eniggeborene van de Vader), vol van genade en waarheid. 15 Johannes getuigt van Hem en heeft geroepen: Híj was het van Wie ik zei: Hij Die na mij komt, is vóór mij geworden, want Hij was er eerder dan ik. (Johannes 1:14-15)
Het eerste gedeelte dat Johannes schrijft zou zomaar kunnen voldoen aan de eisen van een essay. Hij maakt een aantal punten en die punten vat hij nog maar eens duidelijk samen in deze verzen. Maar in die samenvatting geeft hij ook nieuw bewijs van het punt dat hij maakt.
De openbaring van God in Jezus heeft Johannes namelijk zelf gezien. En voor Johannes was deze openbaring gelijk aan dat van de Eniggeborene van de Vader. Voor Johannes was het duidelijk deze heerlijkheid die hij heeft gezien hoort bij de Zoon van God zelf.
Johannes heeft Jezus ervaren vol van genade en waarheid.Vanuit deze ervaring schrijft Johannes deze brief. Volgens hem is het honderd procent de waarheid. Voor hem is het niet van horen zeggen, maar uit eigen ervaring.
Maar ook Johannes de Doper heeft van Jezus getuigd. Toen deze Johannes Jezus zag, heeft hij van Hem getuigt dat het Jezus is die meer is dan hij, die er was voordat Johannes er was. Allemaal openbaring van de eerste hand.
Getuigenissen van het leven van het levende Woord. De openbaring van God zodat wij die ook mogen leren kennen. Wij kunnen de Vader leren kennen zoals deze twee Johannessen Hem hebben leren kennen. Johannes schrijft een getuigen verslag zodat wij deze genade leren kennen.