7 Wie oren heeft, moet horen wat de Geest tegen de gemeenten zegt. Wie overwint zal ik laten eten van de levensboom die in Gods paradijs staat.” (Openbaring 2:7)
Het gaat er om of we echt willen luisteren. Een moeder zegt tegen haar zoon: ‘zet deze vuilniszak even buiten.’ De zoon antwoord: ‘ja, natuurlijk mama.’ Vervolgens gaat hij naar buiten zonder dat hij de vuilniszak meeneemt. Heeft deze zoon echt geluisterd?
Hoe vaak gaan wij niet naar de kerk zonder dat we veranderd terugkomen? Hoe vaak lezen we de bijbel zonder dat het ons echt wat doet? Willen wij echt luisteren? Voor Jezus is dat belangrijk. Jezus stort Zijn hart hier uit voor de gemeente van Efeze, maar ook voor ons. Hij wil dat we Zijn woorden serieus nemen.
Hij neemt ons serieus als wij Hem serieus nemen. Jezus was blij met de gemeente van Efeze dat ze zich verzetten tegen de leugens die de waarheid proberen te verdringen. Maar Hij roept hen op om net zo’n devotie voor Hem te hebben als ze hadden in het begin. Jezus moet alles voor hen zijn.
Want alleen dan kunnen ze eten van de levensboom die in Gods paradijs staat. Alleen als ze vast blijven houden aan het evangelie en het leven dat hen veranderd heeft kunnen ze deel hebben aan het eeuwige leven. Dit is niet een beloning om ons maar bij de lees te houden. Dit is het plan van God om ons weer toegang te geven to het eeuwige leven.
22 Toen dacht God, de HEER: Nu is de mens aan ons gelijk geworden, nu heeft hij kennis van goed en kwaad. Nu wil ik voorkomen dat hij ook vruchten van de levensboom plukt, want als hij die zou eten, zou hij eeuwig leven. (Genesis 3:22)
Wij moeten overwinnen, wij moeten sterk blijven staan. Het moet ons doel zijn in ons leven om vol te houden in de kracht van God. Wij moeten altijd luisteren, altijd bereid te zijn om de vuilniszak op te pakken en buiten te zetten. Laten we luisteren naar Jezus.
Nu is de tijd om Jezus te bewijzen dat wij vertrouwen op Zijn evangelie en dat ons hart naar Hem verlangt. Nu is de tijd om te bewijzen dat we eens verantwoord van de boom des levens kunnen eten. Verlang er naar, vecht er voor.