9 Ik vind er vreugde in, Mijn God, om Uw welbehagen te doen;
Uw wet draag Ik diep in Mijn binnenste. (Psalm 40:9)
Als we verliefd zijn dan denken we alleen nog maar aan de ander. En dat denken gaat over het samenzijn en wat we kunnen doen om de ander blij te maken. Relaties die kapot gaan hebben niet veel meer voor elkaar over, het kan zelfs omslaan in haat.
Wat we dus hier zien van David is een liefde die Hij heeft voor de Heere. Hij wil het goede doen, Hij wil doen wat God leuk vindt. En daar is de wet een heel mooi voorbeeld van, misschien klinkt het ons heel plastisch in de oren, maar de wet van God is een uitdrukking van Zijn verlangen.
Het leven is een relatie, een relatie met elkaar waarin we de keuze maken om lief te hebben of niet. Het leven is dus ook een relatie hebben met God en ook daarin moeten we een keuze maken. Gaan we de Heere liefhebben, verlangen we er naar om te doen wat Hij leuk vindt?
Het is echt een keuze die we zelf moeten maken. We hoeven niet te wachten op God, Hij staat al voor jouw deur en Hij klopt. Hij wil binnen komen en met jou zijn. En dan wordt geloof opeens veel dieper, het gaat dan niet meer om wat wij vinden dat de waarheid is, het gaat er dan om dat we bewust een relatie aangaan met God.
En die relatie is geestelijk, die relatie zoekt naar Zijn verlangens. Het is een keuze voor hoe wij onze relatie willen invullen. Is God onze eerste liefde of niet? Dit is geen wetticisme van David, dit is de relatie met God op nummer 1 zetten. Hij is dan de kern van ons leven, Hij bepaalt ons bestaan. Het is een keuze, hoe sta jij in de relatie?