26 Laat beschaamd en tezamen rood van schaamte worden
wie zich over mijn onheil verblijden;
laat met schaamte en schande bekleed worden
wie zich tegen mij verheffen.
27 Laat vrolijk zingen en verblijd zijn
wie vreugde vinden in mijn gerechtigheid;
laat hen voortdurend zeggen: De HEERE is groot!
Hij vindt vreugde in de vrede van Zijn dienaar.
28 Dan zal mijn tong Uw gerechtigheid tot uiting brengen,
Uw lof, de hele dag. (Psalm 35:26-28)
David was koning van Israel en als we naar zijn manier van leiden kijken dan had hij een hart voor het volk. Zijn manier van koning zijn wordt zelfs gebruikt als voorbeeld van hoe de grote Koning Zijn taak zal uitoefenen. Er zijn zoveel voorbeelden van koningen die koning waren met egoïstische motieven. Het ging om henzelf, het volk was er om de koning te dienen en niet andersom.
David was een rechtvaardige koning, hij had maar 1 doel en dat was de wil van de God van hemel en aarde te doen. Een onderdeel van deze taak was dus het dienen van het volk zodat zij ook de God van Abraham zouden dienen. Maar dat ging niet altijd even makkelijk er waren mensen die hem daarin wilde stoppen.
Zijn motivatie was oprecht, zijn hart verlangde naar een volk dat God diende en afhankelijk was van Zijn bescherming. En daarom is het gebed zo mooi beschreven in deze verzen. Laat een ieder die zich verblijd over het onheil van David beschaamd worden. Niet omdat het David is, maar omdat het gaat over het doel dat God heeft in David voor het volk Israel.
David weet dat zijn hart oprecht, dat zijn verlangen rechtvaardig is, hij wil de wil van de Heere doen. En daarom moet een ieder vrolijk zijn omdat ze een koning hebben die verlangt naar rechtvaardigheid.
Het is zo belangrijk dat we als kerk eensgezind zin, we hebben als kerken leiderschap nodig die net als David oprecht zijn in het verlangen naar Gods werken. En als gemeente moeten we ons daarin verblijden, God danken voor rechtvaardig leiderschap. Het gaat niet om die ene man, het gaat om het doel, God verheerlijkt in onze gemeente in ons land.