5 U maakt voor mij de tafel gereed
voor de ogen van mijn tegenstanders;
U zalft mijn hoofd met olie,
mijn beker vloeit over. (Psalm 23:5)
Zie jezelf ziek op bed en iemand die om je heen dartelt om je te verzorgen. Ze willen het jou zo gemakkelijk mogelijk maken. Zo moeten we dit vers zien, de Heere die er alles aan doet om het je zo goed mogelijk te maken zodat je snel weer beter wordt. Hij zalft ons hoofd met olie, Hij laat onze beker overvloeien.
En hoe mooi het ook klinkt, toch is het moeilijkste aan dit verhaal onze verantwoordelijkheid. Want op de een of andere manier zijn wij net die zeurderige patient die overal commentaar op heeft. Het moet zus het moet zo, dat doet God niet goed, Hij moet het zo doen. En zoals het in het ziekenhuis niet helpt, zo helpt het zeker niet als we God zo behandelen.
God wil voor ons zorgen, Hij wil ons helpen, maar het wordt tijd dat wij God ook toelaten in ons leven. Denk aan Jezus die de voeten van Petrus wilde wassen, Petrus had weer zo zijn eigen ideeën, maar het enige wat hij moest doen is Jezus gewoon Zijn werk laten doen. Want Jezus zegt het heel duidelijk, als wij Hem niet toelaten om ons te dienen kunnen wij geen onderdeel van Hem zijn.
God wil ons liefhebben, Hij wil ons overladen met zorg en kracht. Maar de vraag is of wij bereid zijn om Zijn zorg te ontvangen. Kunnen wij ons leven uit handen geven en werkelijk in afhankelijkheid van Zijn zorg verder gaan. Het is een zware beslissing die we ook zien bij het ziekenhuis bezoek. We moeten volledig op de artsen vertrouwen, want wij weten het niet meer.
En zo moeten wij ook de zorg van God in ons leven accepteren, want wij weten het niet meer. Maar we mogen dit weten, dat God het wel weet. En Zijn zorg is niet zomaar een beetje wat pleisters plakken. God is duidelijk, Hij wil voor ons zorgen uit overdaad, uit liefde die niet wil stoppen totdat het werk af is.