40 Maar nadat Petrus allen naar buiten had gestuurd, knielde hij neer en bad; en hij keerde zich naar het lichaam en zei: Tabitha, sta op! En zij deed haar ogen open en zodra zij Petrus zag, ging zij overeind zitten. 41 En hij gaf haar de hand en hielp haar opstaan. Hij riep de heiligen en de weduwen en plaatste haar levend voor hen. 42 En dit werd bekend in heel Joppe, en velen geloofden in de Heere. 43 En het gebeurde dat hij veel dagen in Joppe bleef, bij een zekere Simon, een leerlooier. (Handelingen 9:40-43)
Net als Jezus had gedaan bij het dochtertje van Jairus zo stuurt Petrus ook de huilende weduwen weg. Er zit een hele goede reden achter, want wat de weduwen aan het doen zijn is er niet op gericht om Dorkas weer op te wekken uit de dood. Alles wat ze doen is medelijden opwekken en dat is nu precies niet wat we nodig hebben in het geloof.
Geloof moet beschermd worden. In de vorige overdenking werden de woorden van Paulus uit Romeinen 10:17 aangehaald. Door het horen naar de Woorden van God krijgen wij geloof. Maar het tegenovergestelde kan dus ook gebeuren, woorden kunnen ook het geloof uit ons wegzuigen. Het is daarom heel belangrijk dat we naar de juiste woorden luisteren. We moeten ons geloof blijven voeden met de woorden van God.
Een moeilijk punt is empathie, veel mensen denken dat ze in moeilijke perioden empathie nodig hebben. Mensen die met ze meehuilen, mensen die hetzelfde hebben ervaren. Het liefst heeft men dat niemand even gelukkig is omdat zij ook niet gelukkig zijn. Maar als we kijken naar het punt van geloof dan hebben we juist andere woorden, woorden die ons hoop in God geven, woorden die laten zien hoe God verandering kan brengen in de situatie.
Soms moeten we net als Petrus even de deur achter ons dicht trekken, even niet naar het klagen van deze wereld te hoeven luisteren. De woorden van God moeten dan door ons hart galmen en ons geloof geven. En de manier waarop Petrus dat doet is knielen en bidden. Want dat is het moment dat we echt op de Vader gericht zijn, we heffen onze ogen op naar Hem.
Het is boeiend om te zien dat Petrus niet bidt voor Dorkas. Want alleen na het bidden richt hij zich tot Dorkas en gebiedt hij haar op te staan. Wat wij vaak doen is bidden voor zieke mensen, maar dat is niet wat God van ons verlangt, ook al luistert Hij ook naar die gebeden. Hij verlangt er naar dat er mensen zijn die net als Jezus en Petrus autoriteit nemen, een autoriteit die we alleen hebben uit een diepe relatie met de Vader.