19 Zijn moeder en Zijn broers kwamen naar Hem toe, maar zij konden niet bij Hem komen vanwege de menigte. 20 En sommigen berichtten Hem: Uw moeder en Uw broers staan buiten en willen U zien. 21 Maar Hij antwoordde en zei tegen hen: Mijn moeder en Mijn broeders zijn dezen, die het Woord van God horen en dat doen.(Lukas 8:19-21)
Familierelaties zijn vaak hechte relaties. Ze hebben veel gemeen, dezelfde ervaringen, dezelfde relaties als ooms en tantes, herkenning van plaatsen en ga zo maar door. Door deze intieme verbondenheid, maakt het dat de familieband één van de sterkste banden is die we kunnen hebben. Het is dus nogal verbazend om te zien dat de band die Jezus heeft met Zijn familie ondergeschikt is aan de band die Hij heeft met de mensen die Zijn woorden accepteren.
Maar dat is wel wat Jezus hier zegt, Zijn leven, Zijn ervaring in het Woord van God dat ook in Hem woont en leeft is sterker dan de ervaring die Hij heeft met Zijn moeder en broers. Want zij die het Woord van God hebben geaccepteerd in hun leven zijn meer een moeder en broers voor Hem dan zijn natuurlijk familie. Zij die leven naar het Woord van God hebben meer met Hem gemeen dan welke manier van relatie dan ook.
Het klinkt erg hard van Jezus, het is alsof Hij Zijn familie wegzet als onbelangrijk. Maar dat is niet zo, maar Hij wil heel duidelijk hebben dat de plek die Zijn familie heeft in Zijn leven ondergeschikt is aan de plek die het Woord van God in Zijn leven heeft. De band die Hij heeft met de mensen die het Woord van God ook laten groeien in goede aarde is sterker dan de band die Hij heeft met Zijn eigen moeder of broers.
Dit moet ons aan het denken zetten, Jezus heeft nu al op verschillende manieren willen aangeven dat het Woord van God in ons leven moet groeien, het moet vrucht dragen. En deze boodschap plaatst het geheel boven de belangrijkste relatie die wij hebben hier op aarde. En zo moeten wij staan in ons leven, zo moeten wij kijken naar het Woord van God. Het moet elk moment in ons leven, elk onderdeel doorboren zodat we vrucht kunnen dragen.
Er moet een devotie in ons leven zijn die sterker is dan onze devotie naar onze familie. Een devotie die er naar verlangt om helemaal te wandelen naar het Woord van God. Een devotie die zich afvraagt wat is Gods verlangen voor mijn leven, wat wil Hij tot mij zeggen? Want dan zullen wij werkelijk de broers van Jezus zijn, dan leven wij met hetzelfde verlangen als Hij, het Woord van God alle ruimte geven in ons leven.