7 Niemand van ons leeft immers voor zichzelf, en niemand sterft voor zichzelf. 8 Want als wij leven, leven wij voor de Heere en als wij sterven, sterven wij voor de Heere. Of wij dan leven of sterven, wij zijn van de Heere. 9 Want met dit doel is Christus ook gestorven en opgestaan en weer levend geworden, dat Hij zowel over doden als levenden zou heersen. (Romeinen 14:7-9)
Simpel gezegd: Er is leven na de dood. Het houdt niet op als we dit lichaam verlaten, het gaat door. Wij zijn Gods creatie en meer dan een lichaam, God heeft ons bestaan geschapen. Hij heeft ons bestaan verlangt en dat de dood is gekomen is er alleen om Zijn schepping te beschermen voor verval.
Zoals gisteren al is benadrukt, wij zijn Gods schepping. God kan doen wat Hij wil met ons, wij zijn Zijn eigendom. In die zin kunnen wij nooit voor onszelf leven het is altijd voor God. En ook het sterven is voor God, daar is geen enkel leven een uitzondering op. Want ook bij het sterven zijn wij nog steeds Gods schepsel en mag Hij doen met ons wat Hij wil.
En Jezus is als Zoon van God onderdeel geworden van deze schepping. In vertrouwen op Zijn Vader heeft Jezus Zich beperkt tot de menselijke vorm zoals God die geschapen heeft, om zo als Heerser te leven over de schepping (niet als puur God maar als Zoon van God). En daarvoor moest Jezus ook de dood overwinnen om zo ook Heerser te worden over de doden.
6 Die, hoewel Hij in de gestalte van God was, het niet als roof beschouwd heeft aan God gelijk te zijn, 7 maar Zichzelf ontledigd heeft door de gestalte van een slaaf aan te nemen en aan de mensen gelijk te worden. 8 En in gedaante als een mens bevonden, heeft Hij Zichzelf vernederd en is gehoorzaam geworden, tot de dood, ja, tot de kruisdood. 9 Daarom heeft God Hem ook bovenmate verhoogd en heeft Hem een Naam geschonken boven alle naam, 10 opdat in de Naam van Jezus zich zou buigen elke knie van hen die in de hemel, en die op de aarde, en die onder de aarde zijn, 11 en elke tong zou belijden dat Jezus Christus de Heere is, tot heerlijkheid van God de Vader. (Filipenzen 2:6-11)
Het laat zien hoe God met Zijn Schepping omgaat. Het laat zien dat dit Gods hart is, Gods verlangen die Hij in Zijn schepping ten toon heeft gespreid. Dat Hij Zijn Zoon naar de aarde gestuurd heeft als mens, als Zijn schepping om net als ons te sterven en op te staan uit die dood om zo Heerser te zijn over heel de schepping.
Dit is geen theologie, dit is een openbaring van Gods hart. Het hele hoofdstuk heeft Paulus het er al over dat we gewoon 100% moeten vertrouwen op God in wat Hij doet met Zijn schepping. Alles wat er in de wereld geschiedenis gebeurd is in Zijn handen en wat wij moeten doen is werken aan ons leven zodat wij als wijze maagden klaar staan voor de Heerser die terug zal komen.
Want dan zal elke knie buigen en elke tong getuigen dat er maar één Heer en Meester is. De levenden en de doden zullen onder Zijn verantwoordelijkheid staan. Laten we vertrouwen op dit evangelie, op deze toekomst die God heeft voorbereid. Het is niet de president van Amerika, het is niet de ceo van Google, het is Jezus, de Christus, de Zoon van God die voor eeuwig Heer is. En waar het koningschap hier op aarde ophoudt als iemand overlijdt, is Jezus voor eeuwig de Koning der koningen en de Heer der heren.