24 De God Die de wereld gemaakt heeft en alles wat daarin is, Deze, Die een Heere van de hemel en van de aarde is, woont niet in tempels die met handen gemaakt zijn. 25 Hij wordt ook door mensenhanden niet gediend alsof Hij iets nodig heeft, omdat Hij Zelf aan allen het leven, de adem en alle dingen geeft. 26 En Hij maakte uit één bloed heel het menselijke geslacht om op heel de aardbodem te wonen; en Hij heeft de hun van tevoren toegemeten tijden bepaald, en de grenzen van hun woongebied, 27 opdat zij de Heere zouden zoeken, of zij Hem misschien al tastend zouden mogen vinden, hoewel Hij niet ver is van ieder van ons. (Handelingen 17:24-27)
Zien wij het kerkgebouw ook als het huis van de Heere? Als we de psalmen lezen en het gaat over de tempel denken we dan ook aan het gebouw waar we inzitten? Nergens in de bijbel wordt deze manier van denken aangemoedigd, zeker niet in het Nieuwe Testament. Er zijn momenten dat God zich aan een bepaalde plek verbindt, maar dat zijn bijzondere momenten.
Het gevaar van die manier van denken is dat we weer een afstand scheppen tussen God en ons. Het is vooral het moment op zondag dat we ons even dicht bij God voelen. Het gebouw bepaalt het heilige moment en als we thuis een bijbelkring hebben dan is dat net even iets anders. Het gebouw staat voor de God die wij dienen.
Het staat in de weg voor de preek van Paulus. Want als we de preek van Paulus echt leren begrijpen dan zien we een God die geen enkele andere religie heeft (naast de joodse natuurlijk). Een God die niet zozeer van ons religieuze handelingen verlangt, maar juist er voor ons wil zijn. Een God die niet in een hokje geduwd wil worden, maar de God van hemel en aarde is.
En als we deze God leren kennen dan weten we dat we te maken hebben met een hele andere wereld dan wat we zien met onze ogen. Want dan kunnen we geestelijk zien dat er een God is de een relatie met ons wil aangaan, een God die gevonden wil worden. Dan valt alles wat religie voorstelt weg en staat daar een Schepper voor ons die niet ver is en zich openbaart aan een ieder die zoekt.
Laten we de dingen die tussen ons en God in komen te staan naast ons neerleggen. Laten we niet langer zoeken naar iets waardoor we God tastbaar kunnen maken. God wil gevonden worden, maar Hij is Geest en Hij zoekt aanbidders in geest en waarheid.