42 Maar wee u, Farizeeën, want u geeft tienden van de munt en de wijnruit en van alle kruiden, maar u gaat voorbij aan het recht en aan de liefde van God. Deze dingen zou men moeten doen en die andere dingen niet nalaten. 43 Wee u, Farizeeën, want u hebt de voorste plaatsen in de synagogen en de begroetingen op de markten lief. 44 Wee u, schriftgeleerden en Farizeeën, huichelaars, want u bent net als de graven die niet zichtbaar zijn: de mensen die erover lopen, weten het niet. (Lukas 11:42-44)
Waarom gaat Jezus hier zo tekeer tegen een hele groep mensen? Is Jezus niet aan het generaliseren? En dan is Jezus ook nog politiek incorrect bezig, Hij beoordeelt de motivaties van deze religieuze leiders en zegt daarover dat ze echt moeten uitkijken met wat ze doen. Zouden er dan echt geen Farizeeërs zijn geweest die wel oprecht waren?
We moeten ons realiseren dat de Farizeeën de geestelijke leiders van het volk waren. Zij waren verantwoordelijk voor het geestelijke niveau in het land. Dus Jezus is niet zomaar kritisch over deze mensen, maar Hij is kritisch over de manier waarop deze mensen het volk van God geestelijk leiden. De werken die zij doen geven een verkeerd signaal naar de mensen, zo moeten we God niet dienen.
En daarom is Jezus zo hard. Een leider zijn is een keuze en deze mensen hebben daar bewust voor gekozen. En als ze deze positie dan zo bewust hebben aangenomen dan moeten ze met evenveel bewustzijn het werk van een leider doen. En dat doen ze niet, zij laten het volk zien dat het slechts een positie is waarin ze voorrang hebben op de rest van het volk. Ze misbruiken de positie.
Jezus laat zelfs zien dat hun positie geen enkel nut heeft. Ze zijn wel leiders, maar waarom? Ze zijn als naamloze graven, waar mensen zonder het te weten over heen lopen. Ze moeten juist actief met God wandelen, zij moeten voorop lopen in gebed voor hun geestelijk leven en dat van het volk. Zij moeten dienen.
Jezus is terecht hard. Als we leiders willen zijn, dan moeten we dat niet voor onszelf doen, maar dan moeten we dat doen omdat we werkelijk verlangen naar een groei van God in de mensen. We moeten alleen ouderling, voorganger of diaken zijn als we werkelijk verlangen naar een groei in het geestelijke leven van de gemeente.
Nog een laatste opmerking. Ook in deze overdenkingen wordt vaak gegeneraliseerd. Maar wie zijn juist degene die het meest blij zijn met deze confrontatie? Juist die mensen die er al naar verlangen. Juist die enkele Farizeeër die het al een beetje door begon te krijgen dat ze als leiders niet op de juiste weg waren, zij zijn degene die het meeste blij zijn met het commentaar van Jezus. Kritiek moet ons nooit van slag brengen, hoe onjuist de kritiek ook is. Het moet ons juist bij de les houden, in gebed kunnen we dan vragen om de juiste houding tegenover de kritiek.