21 En opdat ook u weet hoe het met mij gaat en wat ik doe, zal Tychikus, de geliefde broeder en trouwe dienaar in de Heere, u dat allemaal bekendmaken. 22 Met dat doel heb ik hem naar u toe gestuurd, opdat u onze omstandigheden zou kennen en hij uw hart zou vertroosten. 23 Vrede zij de broeders, en liefde met geloof, van God de Vader en van de Heere Jezus Christus. 24 De genade zij met allen die onze Heere Jezus Christus in onvergankelijkheid liefhebben. Amen. (Efeze 6:21-24)
Het bijbelboek Efeze is een boek dat er uitspringt. Het is een boek dat verder gaat dan de basis van het evangelie. Het geeft een diepe uitleg over hoe we als gemeente samen moeten leven in dit evangelie. Niet langer is het evangelie om ons te redden van het vlees en het kwaad. Het evangelie is er om een kerk te zijn, een lichaam van Christus die in eenheid wandelt door de kracht van God.
De brief is gericht aan de heiligen in Efeze. En Paulus voelt zich erg aangetrokken tot hen. Paulus is ook onderdeel van dit lichaam. En waar één onderdeel lijdt, lijdt het hele lichaam. En zo voelt de gemeente dat en zo voelt Paulus dat. Maar zoals ik Paulus zijn woorden lees, wil hij de gemeente geruststellen. Hij mag dan gevangen zitten, maar dat is geen reden om triest te zijn.
De man die de brief aan de gemeente zal overhandigen, zal ook de gemeente bemoedigen over het vertrouwen dat Paulus heeft in God. Na deze woorden richt Paulus zich weer tot de kern van ons leven.
Wij die de Heere Jezus Christus liefhebben in alle onvergankelijkheid, ontvangen Gods genade, Gods vrede en liefde met geloof. Paulus die gevangen zit, is nog steeds vol van deze openbaring, de openbaring die ons vrede geeft en liefde in God.
Soms zijn we zo verbolgen over mensen die worden vervolgd omdat ze christen zijn. We willen politieke druk om die mensen te helpen. Maar als we deze woorden van Paulus mogen geloven, moeten we ons niet richten op de verdrukking van de christenen, het gaat om de boodschap van vrede waarin wij mogen wandelen. Want in al onze verbolgenheid leven wij zelf niet meer in deze vrede waar Paulus in zijn vervolgde positie nog wel in wandelt.
Wat onze positie ook is laten we in gebed zijn voor de gemeente dat we mogen wandelen in de vrede die God ons gegeven heeft. Laten we in de kern van het evangelie juist wandelen en sterk zijn in genade. Laten we als gemeente groeien in de liefde van God en sterk staan met elkaar als soldaten tegen het kwaad. Hoe wij ook leven laat Jezus onze onvergankelijke liefde hebben.