13 totdat wij allen komen tot de eenheid van het geloof en van de kennis van de Zoon van God, tot een volwassen man, tot de maat van de grootte van de volheid van Christus, 14 opdat wij geen jonge kinderen meer zouden zijn, heen en weer geslingerd door de golven en meegesleurd door elke wind van leer, door het bedrog van de mensen om op listige wijze tot dwaling te verleiden, (Efeze 4:13-14)
Geloof staat niet gelijk aan kennis, maar geloof wordt bepaald door kennis. Onze kennis van God bepaald hoe wij staan in dit leven. Zien we God als een afstandelijke vader die alleen maar kijkt of we iets fout doen, bepaald dit ons geloof. We zullen dan nooit naar Hem toegaan in gebed, Hem vertellen wat ons bezig houdt.
Het kennen van God bepaald hoe wij leven. Wij moeten dus volwassen worden in onze relatie met God. Wij moeten in onze relatie met God groeien naar de relatie die Jezus heeft met de Vader. Jezus’ vertrouwen op de Vader was diep omdat Hij wist dat de Vader met Hem was. Niets kon Hem van het kruis afbrengen omdat Hij wist dat alles in Gods handen is.
En dat zien we ook in het onderwijs dat Jezus gaf. Het onderwijs van Jezus was anders, niet zoals dat van de Farizeeën en Schriftgeleerden. Jezus sprak vanuit de intimiteit met de Vader, Hij wist hoe we voor de Vader mogen komen. En dat heeft Jezus met ons gedeeld toen Hij hier op aarde was.
Echte leiders in een gemeente zijn er om de volwassen te laten worden. Mensen God te leren kennen op een persoonlijk niveau. Ze zijn er niet om allerlei theologie te verkondigen, ze zijn er om de mensen dicht bij God te brengen. Zodat het geloof sterk gegrond en onbeweegbaar voor allerlei leugens die op ons afkomen.
Want als we jonge kinderen blijven zal bij elk onderwijs ons geloof veranderen. We worden heen en weer geslingerd van theorie naar theorie. Elke twijfel die op ons wordt afgevuurd raakt ons dan aan waardoor we twijfelen.
De gemeente is er zodat we volwassen worden in ons geloof. Volwassen in ons kennen van de Vader in de hemel. Als de slang dan tot ons komt zullen we niet wijken van ons vertrouwen maar weten dat we altijd kunnen bouwen op God. Dit is het doel van het lichaam van Christus, dit is het doel, volwassen worden.