We komen hier in een hoofdstuk waarin het karakter van David een hoogtepunt bereikt. Hier kunnen we zien dat David werkelijk een man naar Gods hart is. Na al die tijd achterna gezeten te zijn door Saul, is het eindelijk zover dat de weg open is voor hem om koning te worden.
Al die tijd heeft David zijn leven in de handen van God gegeven. En nu is Saul dood in het gevecht met de Filistijnen. Maar in dit hoofdstuk kunnen we lezen dat er een man naar David komt met een leugen. Deze man verteld David dat hij degene is die Saul vermoorde, alleen maar om een wit voetje te halen bij David.
Maar deze man heeft het denken van de wereld in zich. Zoals de wereld denkt zo denkt deze man in termen van eer, trots en prestige. Maar zo denkt David niet, David is een man naar Gods hart en denkt zoals God denkt. David rouwt om Saul, de gezalfde van God die gevallen is.
En als David dit hoort van deze man wordt hij boos en laat deze man vermoorden. Het klinkt allemaal zo raar, maar het is uit te leggen als we alles duidelijk maken. Want we moeten weten wie de werkelijke vijand is. David weet wie/wat werkelijk de vijand is?
De meeste mensen zullen denken dat Saul de vijand was, maar nee het was Saul niet. Sauls was de gezalfde van God die koning was over Israel. Saul was in de handen van God en dat wist David. Saul wilde David niet in zijn paleis krijgen, Saul wilde David alleen maar uit de weg ruimen. Maar David wist dat God hem beschermde.
De echte vijand is de wereld, het systeem van trots en arrogantie. De man die in de wereld leeft is de vijand van David, vooral als deze man hem ook nog wil opslokken om een compromisse te sluiten met de wereld. Want als we nagaan wat er gebeurd zou zijn als David deze man geeerd had, dan zou zijn waardigheid en eerlijkheid verdwijnen als de waarheid naar boven zou komen.
Maar David kent het hart van God en kan daarom in de waarheid blijven. De vijand is niet de ander, de vijand is de leugen die wij aannemen als de waarheid. Saul was niet de vijand het was de leugen die probeerd de wereld in ons hart te krijgen. En David bleef er ver van vandaan.
Wat zien wij als onze vijand? De mensen die ons geloof niet begrijpen? De mensen die lasterlijke dingen over ons zegen? Dat is niet onze vijand, de enige vijand die wij hebben is de leugen die zich opdringt zodat wij leven in een compromisse. Als we dat weten dan vechten we niet tegen mensen die ons uit de weg wil ruimen dan laten we dat gewoon toe, net als David met Saul.
Maar als de leugen zich opdringt in ons leven, zodat we een compromisse moeten maken in heiligheid, dan moeten we opspringen en het vermoorden(geen mensen), verbannen uit ons leven. Laten we verlangen naar het hart van David ons leven en dan ook zullen wij de juiste keuze maken.