9 Een weduwe mag gekozen worden als zij niet jonger is dan zestig jaar en de vrouw van één man is geweest, 10 een goed getuigenis heeft wat betreft goede werken: of zij kinderen heeft opgevoed, of zij vreemdelingen heeft geherbergd, of zij de voeten van heiligen heeft gewassen, of zij verdrukten heeft bijgestaan, of zij zich toegelegd heeft op elk goed werk. 11 Maar neem jonge weduwen niet aan. Want als zij door het volgen van hun lusten zich afkeren van de dienst van Christus, willen zij trouwen, 12 en ontvangen zij het oordeel omdat zij hun eerste trouw tenietgedaan hebben. (1 Timotheus 5:9-12)
En hier wordt duidelijk dat Paulus helemaal niets tegen vrouwen in de dienst van God heeft. Voor hem gaat het maar om 1 ding en dat is dat we aan God toegewijd zijn. Alle discussies over wie wel en wie niet zijn nutteloos zolang we niet kijken naar de motivatie. Een mannelijke dominee die geen enkele passie heeft voor het Koninkrijk van God is net zo slecht af als een vrouw die een punt voor emancipatie wil maken en daarom ook een belangrijke positie in de kerk wil.
Het gaat om ons hart, is Jezus onze eerste liefde? Want alleen dan zijn we klaar voor een leidinggevende rol in de gemeente. En daarom schrijft Paulus hier dat Timotheus moet uitkijken met het geven van verantwoordelijkheid aan weduwen. Het moeten vrouwen zijn die klaar zijn om zichzelf helemaal aan de dienst van God te geven. Ze hebben als het ware een nonnen leven waarin ze God dienen.
En dat is een blijvende beslissing volgens Paulus, ze kunnen daar niet op terug komen. En dat heeft te maken met de motivatie. Want als er nog een verlangen naar een man in het hart is, zullen ze nooit zichzelf helemaal kunnen geven in de dienst van God. Er zal altijd afleiding zijn, een lust en verlangen naar het natuurlijke gevoel. En dat in zichzelf is niet slecht, maar in de context van het dienen van God is dat voor een vrouw niet mogelijk.
Zijn wij bereid om een beslissing te maken waarin we God dienen met heel ons hart? Zijn wij bereid om de verlangens van dit leven naast ons neer te leggen als liefdegave voor de Vader? Dat zijn de vragen die we moeten stellen en niet de discussie over de positie van de vrouw. Wij moeten onszelf als man en vrouw confronteren met ons verlangen. Is Jezus werkelijk onze eerste liefde?