15 In plaats daarvan zou u moeten zeggen: Als de Heere wil en wij leven, dan zullen wij dit of dat doen. 16 Maar nu roemt u in uw hoogmoed. Al zulk soort roem is slecht. 17 Wie dan weet goed te doen, en het niet doet, voor hem is het zonde. (Jakobus 4:15-17)
De gelijkenis van de wijze en domme bouwer heeft dezelfde boodschap als vers 17 hier. Als we de boodschap horen en het begrijpen, maar het niet doen, dan zijn we dom. Het belangrijkste element hier is het horen en het niet doen, Jezus vergeleek deze mensen duidelijk met een dwaze man die zijn huis bouwt op het zand.
Jakobus heeft het hier over zonde, mensen die weten dat al hun plannen en al hun trots buiten de wil van God zijn, doen zonde. Als Christen moeten wij leren om werkelijk nederig uit de handen van God te leven. Niet als slaven, maar als Zijn kinderen weten dat Hij voor ons wil zorgen in Zijn liefde als God.
Hoogmoed is niet alleen jezelf boven anderen stellen, denken dat je beter bent dan anderen, hoogmoed is denken dat je het zelf kunt. We kunnen grote sommen geld doneren om de armen te helpen, uit hoogmoed. We kunnen in de kerkenraad zitten, uit hoogmoed. De vraag die we onszelf moeten stellen bij alles wat we doen, in wie roemen wij?
Roemen wij ons leven in God, erkennen wij dat elke adem uit God komt? Roemen in onze eigen kunnen en daden, is de grondslag voor deze trots. Als wij net als Eva de leugen van de duivel geloven dat wij iets anders kunnen zijn uit eigen kracht, dan leven wij een leven uit hoogmoed.
Hoogmoed is geen uitzondering voor mensen, het begint al bij kleine kinderen. Zelf doen. En daar gaan we mee door ons hele leven, totdat we zien waar alle zegeningen vandaan komen. Want dan zien we een liefdevolle God wiens hand altijd is uitgestrekt naar de mensen die van Hem verlangen. Leg je dromen en plannen voor Gods troon, en Hij zal je zegenen.