Dit is niet echt een vraag van Paulus. Het is een retorische vraag, want het is niemand die tegen ons kan zijn. Gisteren heb ik geschreven dat het allemaal in onze eigen handen ligt. Dat wijzelf de enige zijn die God kan tegen houden in Zijn liefde. Niemand anders kan dat doen. Maar als wij de liefde van God niet willen accepteren, God zal zich niet aan ons opdringen. Dat is Zijn liefde en wij hebben de keuze, Hij zal ons niet negatief stalken.
Vers 31, Paulus wil ons overtuigen. Wat kan ik nog meer zeggen? Wat ik al gezegd heb is zo duidelijk, geloof het gewoon, vertrouw God in alles. Zijn liefde is zo groot dat Hij Jezus heeft gegeven. Hij heeft alles gedaan om Zijn liefde aan ons duidelijk te maken. Paulus weet niets meer te zeggen, het is toch zo duidelijk. En dan doet Hij nog een laatste uitroep.
Niemand kan ons weghalen bij God, niemand! Niemand kan ons veroordelen, ook al doen ze het, het is nergens op gebaseerd. We mogen weten dat we vrij zijn en dat de weg ruim open is om in de volheid van God te komen. We moeten ons niet baseren op de woorden van anderen, maar op de liefde van God. Ik wil met Paulus uitroepen, niets kan ons scheiden van de liefde van God. NIETS. DE WEG IS OPEN.
En als we in dit vertrouwen leven, als we in dit geloof leven dan zijn de mogelijkheden voor ons leven onuitputtelijk. Dan leven we in de kracht van God en dan kan niets ons stoppen. Dan kunnen we bergen verzetten in de liefde van God. Dan hoeven we niet meer te klagen dat de duivel het ons zo lastig maakt. Want niets kan ons stoppen.
En het enige wat we nodig hebben is het geloof in de liefde van de Vader. NIETS kan ons scheiden van de liefde van de Vader. Wat een liefde wat een God waar we op kunnen vertrouwen. Als we in dit vertrouwen leven staan we op de hoeksteen Jezus.
Vul jezelf met de waarheid, richt je op God en geloof dat niets je kan scheiden van de liefde van God.
(Wil je contact, voel je vrij. Rechts bovenin.)