3 en u te beijveren om de eenheid van de Geest te bewaren door de band van de vrede: 4 één lichaam en één Geest, zoals u ook geroepen bent tot één hoop van uw roeping, 5 één Heere, één geloof, één doop, 6 één God en Vader van allen, Die boven allen en door allen en in u allen is. (Efeze 4:3-6)
Zoals in de vorige overdenking al was beschreven roept Paulus ons op om te vechten voor vrede onder elkaar. In de gemeente moeten we er voor strijden om de eenheid te bewaren, de band van de vrede. In deze verzen wordt daarvan nu de geestelijke toepassing uitgelegd.
Er is eigenlijk helemaal geen reden tot onvrede met elkaar in de gemeente van Christus. We hebben allemaal dezelfde bron die ons de kracht, de wijsheid en de openbaring geeft. Er is geen verschil tussen de voorganger of de persoon achter in, allemaal hebben wij dezelfde Geest ontvangen die ons hetzelfde zal openbaren.
We hebben allemaal één en dezelfde hoop gekregen op het moment dat we geloven in het evangelie van Jezus. Alle verschillende richtingen die zijn ontstaan kunnen we niet samen brengen door met elkaar in overleg te gaan. Echte eenheid ontstaat als we allemaal die ene hoop hebben door één Geest die we hebben ontvangen.
Het is onzin dat er zoveel verschillende opvattingen zijn, want er is maar één waarheid. En de discussie die dan vaak ontstaat is de vraag: ‘wie heeft dan de waarheid?’ Dat is een correcte vraag met vaak een fout antwoord. Vaak wordt er gedacht dat niemand de waarheid kan weten. Dat komt omdat we bij die ‘wie’ niet aan de juiste bron van de waarheid denken. De Heilige Geest die ons leidt in alle waarheid.
We hebben één geloof, één hoop, één God en Vader en daar kunnen we niet over discussiëren. Het staat allemaal vast en daar moeten we ons op richten. De waarheid leeft in ons, niet in onze hersens, maar in onze Geest. En als we ons daarop richten dan bewaren de vrede in de gemeente, dan is de gemeente werkelijk één. De Geest bindt ons samen.
Zoals vers 3 begint moeten we ijveren om de eenheid van de Geest te bewaren. En de enige manier is om de Geest ons leven te laten leiden. Als wij volgen in nederigheid, als wij volgen in liefde zal de Geest de kracht geven om dat leven te wandelen.