God kijkt naar ons hart, Hij kijkt niet naar het uiterlijk. En ‘uiterlijk’ omvat meer dan alleen het lichamelijke uiterlijk, het uiterlijk omvat ook onze daden. Kijk naar de weduwe, God kijkt niet naar de munt, Hij kijkt naar het hart van de vrouw en ziet dat ze alles geeft omdat ze vertrouwd op God. Bij David ging het wel om het lichaam, de broers waren allemaal groot en sterk, en David was maar een klein mannetje. Maar hij was een man naar Gods hart.
Er zijn zoveel voorbeelden van mensen in het Oude en Nieuwe Testament waar God naar het hart heeft gekeken. Mensen die vanuit hun hart vertrouwden op God en een goddelijk karakter toonden. Moses, David, Elia, Abraham, Petrus, Nathanael, Paulus, Johannes. Allemaal mensen bij wie God een hart zag dat voor Hem wilde leven.
Het maakt me niet wie je bent of wat je bent, ik weet dat Gods verlangen is dat we mensen zijn met een puur hart verlangend naar Hem. God zoekt mensen die er naar verlangen de wil van God te doen. God zoekt simpele mensen zoals jij en ik om op te staan en het evangelie volledig aan te nemen en er in te leven.
In Hebreeen 11 staan vele voorbeelden van mensen die geloofden in God. Ze worden geprezen om hun geloof. De schrijver van dit hoofdstuk had niet als doel om die mensen zozeer te prijzen. Hij had als doel dat we worden aangevuurd om ook dit geloof te hebben, te vertrouwen op God in alle omstandigheden.
Zoek God met je hart, wees nederig en buig je voor Hem: “God ik kom voor U omdat ik U wil dienen met heel mijn hart. Help mij en vul mij met Uw kracht. Reinig mij en maak in mij een puur hart.”